Alles over Leeuwendaal assessment

Waarom een Leeuwendaal assessment?

Het Leeuwendaal assessment wordt ingezet in de selectieprocedure van verschillende bedrijven. Ben je goed voorbereid op het assessment dan haal je vaak een betere score dan ongeoefend. Je kunt hierdoor beter scoren dan je medekandidaten in de sollicitatieprocedure. Een selectie uit de bedrijven die gebruikmaken van Leeuwendaal zijn Ministerie van Binnenlands zaken, Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en Inspectie Gezondheidszorg (IGZ). Ook voor een Leeuwendaal traineeship wordt deze test afgenomen.

Hoe ziet Leeuwendaal assessment eruit?

De capaciteitentest Leeuwendaal richt zich op de algemene cognitieve capaciteiten (ACAP). Deze kunnen worden onderverdeeld in drie specifieke subgroepen:

• Verbale Cognitieve Capaciteit (VCAP)
• Cijfermatige Cognitieve Capaciteit (CCAP)
• Figurale Cognitieve Capaciteit (FCAP)

Dit betekent dat je de volgende onderdelen in het Leeuwendaal assessment kan verwachten: figuurreeksen, diagrammen, cijferreeksen en analogieën.

Diagrammen – Verbaal of Abstract Redeneren

Het onderdeel diagrammen is een combinatie tussen visuele en verbale informatie. Er wordt een drietal woorden getoond die een onderlinge samenhang kunnen hebben. Vervolgens moet je van deze woorden inschatten in welke mate ze tot dezelfde verzameling horen of dat het aparte verzamelingen zijn.

Bijvoorbeeld, alle olifanten zijn dieren en horen tot dezelfde verzameling. Andersom zijn niet alle dieren olifanten. Dus de verzameling dieren is een groot rondje waarin de verzameling olifanten als een klein rondje volledig past. Aardbeien hebben geen enkele overlap in de verzameling in zowel de olifanten als de dieren, daarmee is dat een losse verzameling.

Een goede voorbereiding op diagrammen is belangrijk om bekend te raken met de veel voorkomende verzamelingen en de manieren van het uitsluiten van foute antwoorden.

Analogieën – Verbaal Redeneren

Met een analogie wordt de onderlinge relatie tussen twee woorden gebruikt om de onderlinge relatie tussen twee andere zaken te verklaren. Zoals A staat tot B, zo staat C tot D. De twee grote variaties in analogieën zijn enkele en dubbele analogieën. Bij een enkele analogie wordt er al een relatie getoond waarna de tweede relatie gevonden moet worden. Bij een dubbele analogie moeten beide relaties worden vastgesteld.

De capaciteitentest Leeuwendaal vraagt via Eelloo de dubbele analogieën. Er is een eindeloos aantal dubbele analogieën te creëren, echter zijn er een beperkt aantal categorieën waartoe deze behoren. Denk aan functies, eigenschappen, overtreffende trap, etc. In het oefenpakket voor de Leeuwendaal capaciteitentest komen deze meest voorkomende categorieën terug tijdens de les en uitgebreide oefentoetsen.

Cijferreeksen – Numeriek Redeneren

De cijferreeksen van Eelloo, die worden gevraagd tijdens het Leeuwendaal assessment, wijken af van reguliere cijferreeksen. Traditioneel moet het volgende getal worden bepaald op basis van de onderliggende principes uit een reeks. Leeuwendaal wijkt hierin af door de twee opeenvolgende getallen te vragen. Dit leidt tot zeer veel afwijkende mogelijkheden bij het uitvragen van cijferreeksen dan de traditionele reeks.

Aanvullend is de mogelijke variatie bij cijferreeksen van nature al erg groot. Het is daarom belangrijk om dit specifieke onderdeel te oefenen waarbij twee antwoorden worden gevraagd om een goede score te halen.

Figuurreeksen (bewegend) – Logisch of Abstract Redeneren

Het onderdeel logisch redeneren van het Leeuwendaal assessment wordt getoetst via bewegende figuurreeksen. Op basis van een aantal figuren moet het volgende figuur logisch worden bepaald. Stel hiervoor de onderliggende principes vast en dat aangeeft welk figuur logisch volgt op de reeks.

Figuurreeksen zijn een veelgebruikt onderdeel in assessments. Mede hierdoor zijn er veel onderlinge verschillen ontstaan. Ook bij dit onderdeel is specifiek oefenen nodig om goed voorbereid te zijn op het echte assessment.

Wat meet het Leeuwendaal assessment?

Het Leeuwendaal assessment is een specifiek assessment waarin het werk- en denkniveau van kandidaten wordt gemeten. Aan de hand van verschillende testonderdelen wordt er gemeten op aangeboren intelligentie en verworven intelligentie. Hierdoor wordt het meest betrouwbare beeld van een kandidaat verkregen.

Tijdsduur en algemene hulpmiddelen

Het aantal vragen dat je krijgt wisselt tijdens de capaciteitentest Leeuwendaal. Je weet dus van tevoren niet hoelang je bezig zal zijn met jouw assessment. Bureau Leeuwendaal adviseert om vijf kwartier vrij te maken voor het assessment.

Welke vaardigheden heb je nodig om het Leeuwendaal assessment te maken?

Bij het maken van een Leeuwendaal assessment worden meerdere vaardigheden van je gevraagd. De belangrijkste vaardigheden zijn:

• abstracte, verbale en numerieke problemen oplossen;
• het vermogen om in een beperkte tijd een test te maken en rustig te blijven;
• complexe informatie kunnen verwerken.

Omdat elke test een zeer specifieke aanpak nodig heeft, is het erg belangrijk om bekend te raken met de vragen die Leeuwendaal je kan stellen. Per onderdeel gelden specifieke vaardigheden, neem deze van tevoren goed door.

Hoe moet je het Leeuwendaal assessment oefenen?

Als jij je zo goed mogelijk wilt voorbereiden op het Leeuwendaal assessment, raden we je aan een het Leeuwendaal Oefenpakket aan te schaffen. Deze online training voor het assessment van Leeuwendaal bestaat uit 470+ oefenvragen inclusief uitleg en antwoorden. Je oefent alleen de onderdelen en oefeningen die je voor het assessment van bureau Leeuwendaal nodig hebt. Het cursusmateriaal is zó opgesteld dat je dus niet alleen de basis maar ook Leeuwendaal specifieke eigenschappen leert.

Andere assessmentbureaus

• HFMtalentindex assessment
• HRorganizer assessment
• TestGroup assessment
• Cubiks assessment